Uitvaart

Afspraken maken
Gewoonlijk wordt door de uitvaartondernemer contact gelegd met de parochie, om tijd en plaats van de uitvaart af te spreken.

In onze parochie is het mogelijk om een uitvaart af te spreken op de volgende tijd
– Om 10.30 uur in de ochtend;
– Om 13.30 in de middag.
Als er een avondwake gewenst is neemt de werkgroep avondwake contact op met de familie.

Waar kan de uitvaart plaatsvinden?
Parochianen van de parochie zalige pater Eustachius van Lieshout kunnen een kerkelijke uitvaart vragen in de parochiekerk van:
O.L. Vrouw Presentatie, Dorpsstraat 5,
5735 EA Aarle-Rixtel
H. Michaëlkerk, (Beek) Kerkstraat 1,
5741 GK Beek en Donk
St. Servatius, Burgemeester van den Heuvelstraat 1, 5737 BN Lieshout
O.L. Vrouw van Lourdes, Mariastraat 27,
5738 AH Mariahout.

Kerkelijke uitvaarten in de parochie Zalige pater Eustachius van Lieshout worden door pastor G. de Jong aangenomen. De pastor is daarvoor te bereiken op nummer 0492 461216 of op 0623538081.

De meeste mensen op deze wereld geloven in leven na de dood; daar is niets christelijks aan. En de meeste mensen geloven ook maar al te graag in de hemel; ook daar is niets christelijks aan. Waarin het christelijk geloof zich onderscheidt is echter juist in haar beleving van de dood: ons geloof beleeft de dood in het teken van Pasen. En Pasen gaat niet alleen over het hemelse leven, maar benadrukt juist ook de onontkoombare werkelijkheid van het sterven. Zozeer zelfs dat volgens ons geloof God zelf de dood is ingegaan. Het is deze werkelijkheid van de dood die wij moeten aangaan. De dood aangaan, dat is meer dan doodgaan, dat is je eigen sterfelijkheid durven aanvaarden.

De viering van de uitvaart
Het grondmodel van de uitvaart tekent de weg van de overledene, en kent daarom verschillende fasen: zij wordt gevierd op drie plaatsen met daartussen twee processies.

I. In het huis van de overledene. Nadat er gebeden is toen de mens in zijn bed stierf, en nadat er gebeden is toen het lichaam in de kist werd gelegd, begint de uitvaartliturgie daar waar de overledene zijn gang naar het graf begint: in het huis of in het ziekenhuis. Daar wordt het lichaam ter herinnering aan het doopsel met wijwater besprenkeld, wordt een psalm gelezen en wordt gebeden. Vervolgens wordt het lichaam naar de kerk gebracht.

II In de kerk. De overledene wordt zo in de kerk geplaatst, dat het herinnert aan zijn plaats in de liturgie: de overleden gelovige heeft het gezicht gericht naar het altaar, een overleden priester heeft het gezicht naar het volk gericht. Dan begint de liturgie, die gevierd wordt met de dode.

– De dienst van het woord. In de uitvaartliturgie gaat het om het geloof in het nieuwe leven, en niet om een afrekening van het oude. Daarom dient de homilie de verkondiging van Gods woord te zijn, en niet een lijkrede. Toch moet de verbinding van Gods woord met het leven van deze mens gelegd worden. Niet om een voorlopig oordeel te geven, maar om te laten zien dat ook deze mens door het woord van God tot leven komt.

– De eucharistie. Omdat de kerk in de uitvaart het paasmysterie viert, behoort de viering van de eucharistie wezenlijk tot haar liturgie. (N.B. de eigen teksten van de eucharistie van de uitvaart kunnen niet gekozen worden op hoogfeesten, de zondagen van advent, de zondagen van de veertigdagentijd en de zondagen van de paastijd.) Toch ontstaat om verschillende pastorale redenen de praktijk om bij de uitvaart geen eucharistie te vieren. De dienst van het woord wordt dan direct vervolgd met de laatste aanbeveling ten afscheid. Ook wanneer er een uitvaart in het paastriduum moet plaatsvinden wordt geen eucharistie gevierd, maar zal men zich aansluiten bij de overweging van het lijden en sterven en de grafrust van de Heer. Omdat echter de eucharistie eigenlijk tot de uitvaartliturgie behoort, is het goed om na de uitvaart (i.c. na het paastriduum) alsnog de dode in een eucharistieviering te gedenken.

– Laatste aanbeveling ten afscheid. Deze aanbeveling, die de uitvaartdienst besluit, heeft de betekenis van een “adieu”, een vaarwel tot God. Want hoewel wij door de dood van de naaste gescheiden worden, zijn wij voor eeuwig verbonden en zullen wij elkaar weerzien. De laatste aanbeveling begint met gebed; vervolgens wordt het lichaam met wijwater besprenkeld en bewierookt; ten slotte wordt, na een gebed, het lichaam onder gezang weggedragen. Bij de laatste aanbeveling mag een lijkrede worden uitgesproken; ook hier gaat het er niet om een voorlopig oordeel te vellen, maar om te laten zien wie wij aan God teruggeven en wat wij aan de aarde teruggeven.

III. Bij het graf. De uitvaartliturgie eindigt bij de graflegging. Daar wordt het lichaam aan de aarde toevertrouwd, de mens aan God. Ook omdat veel mensen nu pas tot het besef komen dat de naaste werkelijk dood is, is het goed dat zij de graflegging meemaken.

Een kerkelijke uitvaart in de Kerken is mogelijk voor parochianen. Mensen zijn parochiaan als ze wonen in het gebied van de parochie. Het gebied wat tot onze parochie hoort is hetzelfde gebied als de gemeente Laarbeek.
Sommige mensen wonen buiten de parochiegrenzen, maar hebben een sterke actuele band met de parochie, als ze bijvoorbeeld actief zijn in een kerkkoor of werkgroep, of meedoen met de kerkbijdrage. Als mensen daarbij ook ingeschreven staan in de parochiële ledenadministratie, kunnen zij ook rekenen op de dienstverlening van de parochie in geval van een overlijden en uitvaart.
In alle andere gevallen verwijst de parochie de familie altijd terug naar de eigen parochie waar de overledene heeft gewoond. Ook als er vanuit een ver verleden banden waren met bijvoorbeeld de Michaëlkerk, kan de parochie geen uitvaart verzorgen voor allen die er eens gedoopt zijn, als er geen actuele verbondenheid meer bestaat en mensen reeds langere tijd elders zijn gaan wonen.
Hoe wordt de uitvaart gevierd?
De meeste parochianen kiezen voor een uitvaart mét Eucharistieviering. Natuurlijk is dat de mooiste vorm om een uitvaart te vieren – als tenminste de nabestaanden zich daar bij thuis voelen. Vaak komt een Eucharistieviering goed tot zijn recht als de nabestaanden ook een zekere kerkbetrokkenheid hebben. De Eucharistie wordt pas mooi gevierd als degenen die met de priester vieren, ook meedoen met de gebeden. Een ‘one-man-show’ van de pastor doet geen recht aan een waardige Eucharistieviering.
Een goed alternatief is in dat geval een dienst van Woord en Gebed. Daarin wordt dan geen communie uitgereikt, maar als de nabestaanden dit eigenlijk ook niet (meer) gewoon zijn, is het ontvangen van de communie sowieso niet zo gepast.
N.B. Op Witte Donderdag, Goede Vrijdag en Paaszaterdag wordt een uitvaart altijd gevierd met een dienst van Woord en Gebed.

Begraven of cremeren
Gewoonlijk gaat de dienstdoende priester mee naar de begraafplaats.

Op de begraafplaats is, in overleg met de uitvaartondernemer, de mogelijkheid om een absoute (gebed en zegen) te houden op de daarvoor aangewezen plekken.
Op de begraafplaatsen kan men ook bij het graf zelf de laatste plechtigheden voltrekken. Dan komen we niet op de absouteplaats. Op blz. 13 wordt onder het kopje “mogelijkheden voor op de begraafplaats” gesproken over de “begrafenisstoet in processie naar het graf”. Deze begrafenisstoet gaat bij ons in principe naar de absouteplaats.

Als de familie kiest voor een crematie aansluitend aan de kerkelijke uitvaart, gaat de dienstdoende priester daar niet mee naar toe.
Op de beide begraafplaatsen bestaat de mogelijkheid om na een crematie de as te verstrooien, of de urn bij te zetten in een graf of urnenmuur of in een nieuw te vestigen urnengraf. Informatie hierover bij de beheerder van de Begraafplaatsen.

Hoe verloopt een uitvaart
In principe wordt elke uitvaart gevierd met de aanwezigheid van een koor en organist.
Indien de overledene of de familie betrokken is bij een eigen koor of muziekgezelschap, en er derhalve een eigen muzikale invulling wordt gewenst, is het raadzaam daarover tijdig overleg te hebben met de pastor.
Het is mogelijk passende muziek ten gehore te brengen tijdens een uitvaart, al dan niet samen met het parochiekoor of de organist.
Het gaat daarbij altijd om levende muziek die past bij het karakter van een kerkelijke viering.

Eigen persoonlijke accenten
Een kerkelijke uitvaart is een kerkdienst, waarbij Jezus Christus wordt gevierd als de Levende. Het leven en sterven van de overledene staat daar natuurlijk niet los van. Een kerkelijke uitvaart is echter veel méér dan een persoonlijke afscheidsdienst. Het is soms gepast dat familieleden of betrokkenen tijdens de viering een persoonlijke herinnering (In Memoriam) aan de overledene laten klinken. Over het algemeen is de persoonlijke inbreng in een uitvaart mogelijk op de volgende momenten:

binnendragen en/of begeleiden van de overledene tijdens het intredelied;
het plaatsen van een foto of symbool op of bij de kist;
het leggen van bloemen of tekeningen (voornamelijk door kinderen);
het ophangen van een kruisje ter nagedachtenis;
het ontsteken van de kaarsen rond het lichaam van de overledene;
het verzorgen van een eerste lezing en/of de voorbede;
het uitgeleide doen van de overledene, en het dragen van bloemen.
Een “In Memoriam” (ter nagedachtenis) uitspreken aan het begin van de viering
Het voordragen van een (persoonlijk) gedicht, aan het einde van de viering.
De eigen inbreng door familie of betrokkenen is een mogelijkheid, geen verplichting. De familie heeft ook altijd de vrijheid om aan de viering deel te nemen zonder daarbij zelf iets in te brengen. Een middenweg tussen de uitersten is ook mogelijk.
De parochie heeft in de kerk in ieder geval een boekje waarin de hele viering te volgen is. Het maken van een eigen boekje is eventueel ook mogelijk, maar slechts in overleg met de pastor.

Andere punten van aandacht
– Gedachtenisprentjes worden altijd opgesteld door de familie en via de uitvaartondernemer gedrukt en verspreid.
– Vragen omtrent bloemen, het dragen of begeleiden van de overledene, of zaken als parkeren, worden door de uitvaartondernemer geregeld.
– Financiële zaken worden door de beheerder van de begraafplaats met de uitvaartondernemer geregeld. De familie hoeft vooraf niets te regelen of te betalen.